Belgisch Witblauw van bij ons
In de Ravelse deelgemeente Poppel ligt de vleesveehouderij ‘Van de Peeracker’ van Peter Haagen en Marion Leemans. Tot 2013 was het kweken van varkens hun hoofdberoep. Het fokken van vleesveekoeien was toen een hobby waarmee ze een aardig centje verdienden. Wegens de onzekere tijden in de varkenssector schakelden ze na 2013 volledig over op het kweken van vleesveekoeien. Van hun hobby hun beroep maken was een uitdaging, maar spijt hebben ze niet. Vandaag vertoeven er op de boerderij rond de 200 runderen in twee modern ingerichte stallen. Wij van Oud-Raveldonk kregen de kans om een bezoek te brengen aan deze boerderij.
Voeding is de sleutel tot succes
Peter en Marion zetten sterk in op de voeding van hun Belgisch Witblauw runderen. Hiermee proberen zij het verschil te maken ten opzichte van andere vleesveehouders. De vier basisingrediënten voor zoogkoeien en runderen zwaarder dan 400 kilogram zijn: hakselmaïs, bietenpulp, gras en bierdraf. Peter vertelt ons dat eiwitten essentieel zijn voor de samenstelling van het voermengsel. Eiwitten optimaliseren namelijk de groei van de runderen. Lijnzaadschilfers zijn rijk aan eiwitten en zijn bovendien ook duurzaam. Deze schilfers zijn het restproduct van de winning van olie uit vlaszaad. Lijnzaadschilfers zorgen ervoor dat runderen minder methaangas uitstoten. Dit restproduct behoort naast de vier basisingrediënten tot het rantsoen van het jongvee. Tenslotte bevat het afmestrantsoen, bovenop de eerder genoemde ingrediënten, ook geplette gerst, maïsmeel en geëxcludeerd lijnzaad.
Zorg voor koe en kalf
Rondom de boerderij van Peter en Marion liggen verschillende weiden waar hun runderen naar hartenlust kunnen grazen. Ze lopen minstens drie maanden per jaar in de weiden zodat ze goed te been blijven. De kalfjes blijven de eerste zeven maanden van hun leven bij de koe in de stal staan. In die periode zuigen de kalfjes rechtstreeks bij hun moeder. Wist je dat dit minstens even arbeidsintensief is als het voorzien van zuigelingenmelk via emmer? Het voordeel van zuigen bij de moeder is dat de kalfjes harder groeien.
40% genetica, 40% voeding en 20% management
Volgens Peter is vleesproductie 40% genetica, 40% voeding en 20% management. Alle runderen op de boerderij van Peter en Marion zijn van het ras Belgisch Witblauw. Peter stelt dat arbeid belangrijk is, maar hij is ervan overtuigd dat je pas geld verdient als je arbeidsvriendelijk en efficiënt te werk gaat. Het bijhouden, opvolgen en analyseren van data is een onderdeel van efficiënt werken. Cijfers van de gemiddelde groei per dag, de kost van het onderhoud van een koe, het eiwitgehalte in het rantsoen en dergelijke, houdt hij zorgvuldig bij. Stieren worden elke zeven weken gewogen. Op die manier kan Peter de groei van zijn beesten nauwkeurig opvolgen.
Een opvolger zit er niet aan te komen, maar dat baart hen geen zorgen. Peter hoopt op deze manier verder te kunnen werken tot zijn pensioen.
(Foto`s: fotoclub Arfoc)
